Waarom kunst nodig is

Eerder dit jaar overleed filmmaker, muzikant en beeldend kunstenaar David Lynch. Iedereen die een Lynch-film heeft gezien zal een gevoel hebben bij wat ‘Lynchiaans’ is, maar dat goed onder woorden brengen is nog best lastig. Nog lastiger is uitleggen waar zijn films eigenlijk over gaan.
En precies daarom is het werk van Lynch volgens mij een van de beste antwoorden op de vraag: waarom is kunst nodig?
Voor mensen die actief zijn in de culturele sector, of van kunst houden zal het antwoord op die vraag misschien een open deur zijn, of misschien is zelfs de vraag al een beetje beledigend. Hoezo is kunst niét nodig dan?
We leven helaas in een tijdperk waarin alles wat ook maar enigszins als ‘elitair’ wordt beschouwd gelijk wordt weggezet als ‘woke’. Of als een zinloze bezigheid van de linkse kerk. Ik heb niet de illusie dat dit stuk mensen die dat denken op andere gedachten brengt. Maar het kan wel zinvol zijn voor mensen die het niet zo goed onder woorden kunnen brengen: waarom is kunst eigenlijk nodig?
Qualia
Laat ik maar gelijk met de deur in huis vallen: kunst is nodig omdat het dingen kan overbrengen die op andere manieren moeilijk of zelfs onmogelijk over te brengen zijn.
Een goede manier om dat duidelijk te maken is met filmmuziek. Stel je een spannende film voor, maar dan zonder muziek (hier is een voorbeeld). Hoe spannend is die film dan nog? Niet heel erg. Filmmuziek zorgt ervoor dat je de emotie die de maker wil overbrengen niet alleen overgebracht wordt in beeld, maar ook in geluid. Stel je voor dat we een scène uit een spannende film zouden moeten overbrengen, maar dan alleen in beschrijvende taal, waarin iemand je letterlijk vertelt wat er gebeurt. Daar zou niet veel aan zijn.
Dat betekent dus dat muziek tot iets heel bijzonders in staat is: het overbrengen van emoties en andere dingen die moeilijk onder woorden te brengen zijn zonder enige moeite. Is dat niet geweldig? Dat we een medium hebben dat “je moet je nu heel erg opgewonden voelen, en ook een beetje bezorgd, want er kan zomaar iemand met een mes achter een deur staan maar je weet niet wanneer die opeens opduikt” kan omzetten in een paar goed gekozen noten waardoor we dat gelijk snappen?
De Amerikaanse filosoof C.I. Lewis gebruikte het woord “qualia” om subjectieve belevenissen te beschrijven die je niet over kunt brengen. Een klassiek voorbeeld is iemand uit te leggen wat “de kleur rood” is. Dat kan je alleen maar doen door naar objecten te wijzen die rood zijn. Hetzelfde geldt voor geuren of smaken. Denk maar eens aan hoe vinologen de smaak van wijn beschrijven: “intens boeket van sigaar en kruidnagel met tweede noten van leer en geglazuurd rood fruit en goed gestructureerde tannines”.
En precies in die lastige vertaling zit de kracht van kunst. Want de ervaring die je ondergaat als je een schilderij ziet, een VR-werk bekijkt of een roman leest kan wel eens de beste benadering zijn van de qualia die we anders niet kunnen communiceren.
Geklets in de ruimte
Kunst kan dus dingen vertolken die je op een conventionele manier niet kan overbrengen. Diezelfde kracht zorgt er echter ook helaas voor dat teksten over kunst of kunstwerken vaak slecht leesbaar zijn. Ga maar eens na hoe wollig de zaalteksten bij een expositie over moderne kunst vaak zijn. Of het artist statement dat een kunstenaar bij diens werk schrijft vaak neuzelig gewauwel is. Ze proberen iets over te brengen in taal wat niet over te brengen is.
De beste teksten over kunst gaan daarom zelden over het werk zelf, maar over de omstandigheden waarin het gemaakt is. Zoals het uitstekende YouTube-kanaal Great Art Explained. Daar behandelt James Payne bekende kunstwerken, maar hij vervalt zelden in dat typische kunstgebrabbel. Hij vertelt over de geschiedenis van Spanje en waarom dat essentieel was voor het ontstaan van de Black Paintings van Francis Goya, en beperkt zijn duiding van het werk zelf tot een minimum.
Bij oude meesters is er vaak veel achtergrondinformatie om over te vertellen. Bij moderne kunst is het ingewikkelder. En kunstenaars werken zichzelf ook vaak tegen. Ik ben een groot liefhebber van het werk van Piet Mondriaan, en zijn Victory Boogie Woogie is misschien wel mijn favoriete schilderij van de twintigste eeuw. Maar je moet echt niet de essays gaan lezen die hij schreef voor De Stijl: dat is allemaal onleesbaar theosofisch gebrabbel dat vooral afdoet aan het werk dat hij gemaakt heeft. Om Mondriaan te begrijpen hoef je maar één ding te doen: naar zijn schilderijen te kijken.
Kunstenaars die het goed uitleggen
De Amerikaanse schrijfster Ursula Le Guin legde het punt dat ik hier maak ooit heel goed uit in het voorwoord voor haar science-fiction roman The Left Hand of Darkness. Daarin schrijft ze dat alle fictie metafoor is. Maar een metafoor waarvoor? “Als ik dat niet-metaforisch zou kunnen uitleggen had ik dit boek niet geschreven”.
Iets vergelijkbaars schreef Kyle MacLachlan ook in zijn prachtige in memoriam voor David Lynch. Lynch wilde nooit zijn werk uitleggen, en MacLachlan zelf begreep ook lang niet altijd wat ze eigenlijk aan het doen waren toen ze, zeg, Twin Peaks opnamen. Maar wat Lynch zelf eigenlijk bedoelde is ook niet relevant. Het ging hem erom hoe jij, als de beschouwer van zijn werk, het werk zou ervaren. Als woorden genoeg waren geweest om zijn werk uit te leggen, waarom heeft hij dan jaren van zijn leven en miljoenen dollars besteed om dat te maken?
Dáár zit dus de waarde, en de noodzaak van kunst in: het is een manier om iets over te brengen dat anders niet over te brengen valt. En in een wereld waarin het steeds lastiger wordt om elkaar te begrijpen kan ik me geen betere reden bedenken waarom we dat harder nodig hebben dan ooit.
Dit artikel verscheen eerder in editie #220 van De Circulaire.